De winnaar van elke wedstrijd heeft 1 ding gemeen. Hij of zij is in topvorm. Wat ons gelijk brengt op duiven die niet meer thuiskomen. Deze duiven zijn alles behalve in topvorm anders waren ze wel thuis gekomen. Het is dus belangrijk dat je de winnaars van de verliezers leert te onderscheiden en dat doe je door goed naar je duiven te kijken.
Winnaar is in topvorm
Winnaars zijn in topvorm maar wat is topvorm. Hoe kun je dat zien en hoe krijg je je duiven in topvorm. Als het makkelijk was om een topvorm te bereiken kon iedereen winnaar worden. Werden er geen duiven meer verspeeld en zaten we met ze alle op een roze wolk. Het is niet makkelijk maar wel iets wat het verschil maakt.
Winnaars herkennen
Winnaars zijn duiven die thuis komen. laten we eerlijk zijn het is een fantastische prestatie wanneer postduiven honderden kilometers van huis de weg naar huis terug vinden. Je bent dan voor mij al een winnaar. Belangrijk is dat je weet wat voor duiven je hebt. Een hok vol met duiven uit allerlei windstreken zullen maar weinig successen kennen.
Niet teveel duivenstammen op je hok
Belangrijkste is dat je niet teveel verschillende soorten of stammen duiven op je hok neemt. Elke soort heeft zijn eigen makke en ongemakken. Het is ontzettend lastig om met elke duif apart rekening te houden. Het is bijna ondoenlijk om te herkennen of je duiven vorm hebben. Omdat het ene soort duif vorm heeft wanneer hij juist wat voller is terwijl een ander soort duif vorm heeft wanneer hij/zij juist wat scherper is. Wil je vorm kunnen herkennen is het makkelijker om één of hooguit drie soorten duiven te hebben. Die qua verzorging, voeding en karakter heel dicht bij elkaar liggen. Een beginner zou ik iedergeval aanraden om niet meer dan één soort duif te hebben uit een goede stam.
Vorm herkennen
Vorm herken je door dagelijks goed naar je duiven te kijken. Niet even snel voeren en weer voor de televisie gaan zitten of achter een computer te kruipen. Gewoon even een uurtje lekker met je duiven bezig zijn en observeren.
Je herkent dan vanzelf welke duif zich optimaal in zijn vel voelt zitten en die duif moet je hebben.
Om toch nog even zeker te weten of je duif goed in zijn vel zit. Bekijk je het borstbeen en als het goed is hoef je nauwelijks moeite te doen om de borstveren weg te schuiven. Je voelt gelijk al het kloppende blanke vlees van je postduif. Misschien wel iets zweterig.
Wanneer je nu naar het borstbeen kijkt zie je een prachtige gladde borst nauwelijks voorzien van velletjes. Helemaal glad met de kleur van een babyhuidje. Prachtig roze van kleur misschien zie je wel een vormstip op het borstbeen.
Trek nu rustig zijn vleugel open en waarschijnlijk voel je iets spanning en zie je op de laatste pennen wat stof. Een laatste blik in de ogen van je postduif zeggen genoeg. Je ziet een mooi droog oog die je glinsterend en brutaal aankijkt.
Ondertussen een beetje wringend in je handen probeert om los te komen. Dit is je winnaar. Een postduif die altijd terugkomt wanneer hij tenminste niets vervelends meemaakt onderweg. Zoals roofvogels of een aanvaring met prikkeldraad of andere narigheid die je kan tegenkomen wanneer je honderden kilometers naar huis moet vliegen.
Hoe krijg je je duiven in topvorm
Een verzorging geven die aansluit op het soort duiven wat je hebt. Niet elk soort duiven kun je op dezelfde manier verzorgen. Het is dus belangrijk om goed te luisteren en vooral veel te vragen aan de duivenmelker waar je de stam van koopt.
Belangrijkste is iedergeval duiven te kopen van iemand die er heel goed mee speelt. Bij voorkeur van een kleine melker die geen duizenden duiven per jaar fokt en verkoopt voor wereldprijzen. Maar van een duivenmelker die ondanks een klein aantal duiven toch fantastisch speelt. Je hebt dan ook veel meer kans dat je goeie duiven koopt bij een duivenmelker met weinig duiven. Laten we eerlijk zijn hoe meer duiven je fokt. Hoe meer kans je hebt dat er is één een mooie prijs wint. maar een duivenmelker met weinig duiven heeft in verhouding gezien meer en betere duiven op zijn hok dan een groot kweekcentrum. Vervolgens laat je je goed informeren naar het voersysteem wat hij gebruikt. En geloof me het is beter om het voersysteem klakkeloos over te nemen dan een slecht voersysteem zelf bedenken.
Hoe meer duiven je hebt van verschillende duivenmelkers des te lastiger wordt het om een voersysteem te hebben wat voor elk soort goed is. Kans dat je dan wat gaat winnen of überhaupt terug komen wordt steeds kleiner.
Je duiven in topvorm brengen is een kwestie van juist voeren, een goed hok hebben, trainen en ervoor zorgen dat je duiven graag thuis zijn. Maar het belangrijkste, hou je duiven supergezond.
Ik heb slechts een paar oudere duiven (2011), die altijd een mooie roze kleur vlees hebben. De rest heeft diep rood/blauwig vlees. Ze zien er allemaal mooi uit, zijn gretig op het voer, vechten onderling rond de voetbak, mooie ontlasting, willen graag in bad, etc. Toch zijn ze lang niet zo mooi en gezond als mijn twee oude rakkers m/v.
Zij zijn nooit ziek, hebben vluchten tot 800 km gemaakt, vaak ook in de prijzen, zij het niet in de top. Kan ik deze twee oudjes nog wel koppelen met kans op onvruchtbaarheid?
Gewoon koppelen misschien wat extra supplementen geven. En dan maar duimen of er nog eieren uitkomen. Komt er niks uit is het ook geen probleem.
Wat betreft de conditie van de andere duiven. Vaak ligt het aan de verluchting van het hok. Of te weinig of te veel of tocht of te veel duiven in een te klein hok. Ongedierte zoals muizen kan ook de rust aardig verstoren en zo ook de conditie. Maar ook te vet voeren kan een probleem geven met de conditie. Kijk daar is naar, vaak met een kleine verandering kan je al snel een hele positieve en verrassende reactie verwachten. Teveel supplementen kan ook een averechts effect op de bijnieren hebben. Waardoor ze niet in conditie komen.